'Hoe zit het met effect van ruimte op gedrag van leerlingen? Hier wil ik meer over weten!'

22 mei 2013

Dat bewegen een positief effect heeft op leerprestaties en sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen is al meermalen onderzocht. Maar hoe zit dat met het effect van ruimte op gedrag? Angeline Smits wordt geprikkeld door de sportdag van haar school. Groepjes kinderen zwermen over het veld, onder begeleiding van ouders die er duidelijk zin in hebben.  Moeiteloos wordt alles gedeeld. Wat een prachtige mix van plezier, geduld, concentratie en samenwerken. Een klein sommetje is snel gemaakt. Elk kind heeft 35 vierkante meter tot zijn beschikking, tien keer zoveel als op school. Haar wekelijkse blog: ' Hier wil ik meer over weten.' 

Sportdag. We zijn vanaf half acht in de ochtend druk bezig. ’t Is even doorwerken, maar dan heb je ook wat. Een buslading vol pilonnen, ballen in alle soorten en maten, emmers, doeltjes, rackets, hockeysticks, hoepels en touwen is aangevoerd.

Op de sportvelden zijn, volgens een strak plan, allerlei activiteiten ingericht. Als klap op de vuurpijl, slagroom op de taart, staat er een mega springkussen met glijbaan. In het doel hangt een waslijn met daaraan grote geplastificeerde genummerde kaarten waarop een spel beschreven staat.

Kaart weg? Spel bezet. Kaart vrij? Aan de slag.

Hier is goed over nagedacht.
We beginnen met een warming up en verspreiden ons daarna over twee sportvelden. Groepjes kinderen zwermen over het veld, onder begeleiding van ouders die er duidelijk zin in hebben.  Er wordt gehuppeld, gesprongen, gehinkeld, gerold en gehold. Er wordt veel gelachen en soms even gehuild. Nergens ‘gedoe’, duwen, trekken, vragen om aandacht. Niet ruziën, wel lekker stoeien. Moeiteloos wordt alles gedeeld. Wat een prachtige mix van plezier, geduld, concentratie en samenwerken. Zo zie je weer wat beweging kan doen.

Tussen de bedrijven door kijk ik even omhoog. Ik zie een vliegtuig overvliegen. In gedachten zit ik daar in en blijf ik even boven dit veld hangen. Wat zie ik? Een frisgroene zee van ruimte met hier en daar een toefje kind. (Na weken van regen liggen de sportvelden er bijna lichtgevend groen bij!)

Een klein sommetje is snel gemaakt. Twee voetbalvelden van ieder ca 70 bij 100 meter, hebben samen een oppervlakte van 14.000 vierkante meter.  Vandaag zijn er pakweg 400 leerlingen op het veld. Ruim 35 vierkante meter per kind… Ik heb de ruimte rond het veld gemakshalve even niet meegerekend.

Een kleine zoekactie op internet levert de volgende informatie op:

“ De minimale ruimte per leerling wordt uitgedrukt in bruto vloeroppervlakte, in vierkante meter per leerling. Bruto vloeroppervlakte is de oppervlakte inclusief ruimten als gangen, trappen, en toiletten. In het basisonderwijs geldt een minimale bruto vloeroppervlakte van 3 ½ vierkante meter per leerling”  ( www.rijksoverheid.nl )

3 ½ x 10 + 35

Natuurlijk hebben we schoolpleinen en gymzalen tot onze beschikking. Maar toch, maar toch…..

Dat bewegen een positief effect heeft op leerprestaties en sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen is al meermalen onderzocht. Het is bijvoorbeeld helder uiteengezet in het onderzoek ‘Bewegen = beter leren‘ van de VU en RUG in samenwerking met de ALO (HVA). ( o.a op www.umcg.nl ) Maar hoe zit dat met het effect van ruimte op gedrag?

Wat is het effect van meer vierkante meter beweegruimte ‘per kind’ ? Het maakte me nieuwsgierig.
Hier wil ik meer over weten: wordt vervolgd!

Angeline Smits schijft een serie korte verhalen over haar onderwijsleven en -praktijk. Ze is werkzaam bij de Stichting Villa Primair en betrokken bij de Villa Academie. Daarnaast staat ze twee dagen per week voor de klas.