Een les over afwijzing, pijn, begrip en verzoening
31 maart 2015
Sarina Hoogendam werkt met jongeren tussen de 12 en 17 jaar die langdurig thuis hebben gezeten, vaak vanwege gedragsproblemen op school. Ze wil het verschil maken voor alle kinderen die op haar pad komen. En is dankbaar voor alle lessen die ze daarin krijgt. Dit is een verhaal over Sterre, een stagaire. En Angelo, een van haar leerlingen. Een les over afwijzing, pijn, begrip en verzoening.Ik weet nog hoe ik me voelde toen ik voor het eerst de documentaire Children Full of Life met meester Kanamori zag. Ik was ontroerd en diep geraakt. Ik besefte dat deze man zijn kinderen veel meer leerde dan taal en rekenen. Ik wenste zo te zijn als hem, zo het verschil te kunnen maken voor alle kinderen die op mijn pad zouden komen.
Toen werkte ik nog in het basisonderwijs. Nu werk ik met jongeren tussen de 12 en 17 jaar die langdurig thuis hebben gezeten, vaak vanwege gedragsproblemen. Ik krijg ze zestien weken in mijn klas om ze weer de zin in leren te bij te brengen. Boeken en schriften hebben niet zoveel zeggingskracht bij jongeren die gekwetst en onbegrepen zijn. Dus rest mij niets anders dan zestien weken lang een avontuur met ze aan te gaan, waarvan de uitkomst onzeker is. In mijn klas ontmoeten ze mij en elkaar en leren we met zijn allen de moeilijkste lessen, de lessen die het leven ons geeft.
Zo gebeurde dat ook met Angelo, een leerling uit mijn groep. En met Sterre, mijn stagiaire.
Angelo was op zijn vorige school verwijderd in verband met gedragsproblemen. Hij zorgt er dan ook voor dat ik vooral niet vergeet dat hij deze problemen heeft. Hij is intelligent, hooggevoelig en creatief, en gebruikt deze eigenschappen voornamelijk om ‘irritant’ gedrag te verheffen tot kunstvorm. Sterre is mijn geweldige stagiaire die het beste uit iedere leerling naar boven weet te halen, keer op keer. Met Angelo lukt haar dat vooral door het doen van spelletjes en Sterre is terecht trots op de relatie die ze met hem heeft opgebouwd.
Tot op een morgen een andere groep jongeren onverwacht aanschuift in onze klas . Ze willen meedoen met een spel. Sterre moet als spelleidster alle zeilen bijzetten om de jongeren gemotiveerd te houden. Maar het lukt haar niet op de manier zoals zij het wil. Ik kijk toe en zie de spanning oplopen. Sterre doet haar best, maar uiteindelijk stopt ze het spel wegens het wangedrag van voornamelijk de gastjongeren . Ze is heel boos en gefrustreerd en dat is goed te zien.
Bij het toekennen van de punten verwijt ze Angelo meegedaan te hebben met de andere jongeren en hij krijgt geen punt voor gedrag . Nu wordt Angelo boos. Hij vindt dat hij zich juist goed gedragen heeft, maar ze houdt voet bij stuk. Ik begrijp de frustratie aan beide kanten, maar ga er niet op in.
Vanaf dat moment vertoont Angelo bovengemiddeld vervelend gedrag. De dag zelf, maar ook de dagen erna. Vooral op de dagen dat Sterre in mijn klas is. Ze voelt de afstand tussen hem en haar, en na schooltijd bespreekt ze een aantal keer met mij waarom ze Angelo in haar ogen ‘terecht’ niet zijn punt heeft gegeven. Ze geeft aan dat ze het vervelend vindt dat hij er zo op reageert. Ik luister, maar geef geen oordeel over haar beslissing, noch over Angelo’s gedrag.
Twee weken later neemt Sterre afscheid. Ze trakteert de groep op een etentje. Angelo doet er werkelijk alles aan om dit afscheid onvergetelijk te maken, maar niet in positieve zin. Ik zie Sterre steeds bozer worden, maar kan weinig invloed uitoefenen op de loop van de gebeurtenissen.
In het restaurant aangekomen gaat Angelo aan een tafel zitten ver bij Sterre vandaan. Hij weigert aan te sluiten bij haar en de groep. Ik weet dat hij het ook echt niet gaat doen en zet mijn tas op de plek naast hem. Vervolgens nodig ik de anderen uit bij ons te komen zitten. Sterre moppert dat hij dan dus weer zijn zin krijgt, maar iedereen staat toch op om aan te schuiven.
Ik zit naast Angelo en we praten wat. Tijdens het eten kijkt hij voortdurend naar Sterre die helemaal aan het andere eind van de tafel zit en geeft commentaar. ”Had ze me maar mijn punt moeten geven. Nu ben ik boos en gaat het niet meer goed komen. Ik ga haar expres irriteren, het is haar eigen schuld.’’
Ik laat hem mopperen en ga er niet op in. Als Sterre inderdaad met een duidelijk geïrriteerde blik terugkijkt, verandert zijn toon. “Ik ken die blik”, zegt hij. “Niemand hoeft mij voor de gek te houden, zo’n blik heb ik mijn hele leven al gezien, ze moet me niet meer. Nu heeft ze me echt boos gemaakt.’’
Ik voel een omslag en zie zijn pijn. Ik besluit nu wel in te grijpen en vraag hem waar hij die blik van kent. “Van mijn moeder, ” is zijn korte antwoord. Ik begrijp het en bedenk dat ik er niet in ga roeren, in die pijn. Ik vertel hem dus over mijn pijn in mijn relaties en hoe ik het opgelost heb zonder haat of boosheid. Hij luistert. We lopen terug naar school.
Sterre is niet blij, ze baalt er duidelijk van dat haar afscheid is verpest door Angelo.
Als we in de klas zijn vraagt Angelo aan haar: “Wil je een spelletje met me doen?” Haar antwoord is eerlijk en oprecht: “Nee, waarom zou ik, je moet me toch niet? Alleen omdat ik je toen die punt niet gaf.” Hij kijkt verbaasd. “Hoe bedoel je dat ik je niet moet?” Ze antwoord: ”Nou, dat is toch duidelijk? Je wijst me af, denk je dat ik dat niet voel of zo”.
Angelo kijkt haar aan en zegt nadrukkelijk: “Ik vraag of je een spelletje met me wil doen, dan moet ik je toch?” Sterre denkt na, ze twijfelt nog, maar dan zegt ze: “Nou in dat geval, vooruit dan”. Ze spelen samen de hele middag en praten over wat is voor gevallen en hun eigen gevoel daarbij.
Ik kijk toe. Vandaag hebben ze allebei wat geleerd, Angelo en Sterre. Geen les die je kunt vinden in een leerboek, maar een les die veel wezenlijker is. Een les over afwijzing, pijn, begrip en verzoening. En het mooiste is, ze deden het op eigen kracht. Ik denk dat meester Kanamori , net als ik, bij dit resultaat een heel tevreden glimlach op zijn gezicht zou hebben!
Sarina Hoogendam
Educatief Centrum Rotterdam
Reacties